Formele en informele taal
Studeer je vanuit huis?
Haal alles wat je nodig hebt om deze sessie op de uni te blijven – alles op één plek!
Wat is het verschil tussen formeel en informeel taalgebruik?
Formeel en informeel taalgebruik dienen verschillende doelen. De toon, de woordkeus en de manier waarop de woorden worden samengevoegd, verschillen tussen de twee stijlen. Formeel taalgebruik is minder persoonlijk dan informeel taalgebruik. Het wordt gebruikt bij het schrijven voor professionele of academische doeleinden, zoals universitaire opdrachten. In formele taal wordt geen gebruik gemaakt van spreektaal, samentrekkingen of voornaamwoorden uit de eerste persoon, zoals ‘ik’ of ‘wij’.
Informele taal is ongedwongener en spontaner. Het wordt gebruikt in de communicatie met vrienden of familie, zowel schriftelijk als in gesprekken. Het wordt gebruikt bij het schrijven van persoonlijke e-mails, sms-berichten en in sommige zakelijke correspondentie. De toon van informeel taalgebruik is persoonlijker dan die van formeel taalgebruik.
Voorbeelden van formeel en informeel taalgebruik staan hieronder:
Overeenkomsten
Informeel: De verbeteringen kunnen niet worden doorgevoerd wegens financieringsbeperkingen.
Formeel: De verbeteringen kunnen niet worden doorgevoerd wegens financieringsbeperkingen.
Formeel: Men gelooft niet dat de resultaten accuraat zijn.
Formeel: Het onderzoeksproject gaat volgend jaar niet door.
Zinwerkwoorden
Informeel: De ballon werd voor het experiment opgeblazen.
Vormelijk: De ballon werd voor het experiment opgeblazen.
Vormelijk: De patiënt kwam over zijn ziekte heen.
Formeel: De resultaten van het onderzoek waren door elkaar gehaald.
Slang/Colloquialisms
Informeel: De menigte was erg rumoerig tijdens het protest tegen de bezuinigingen op de financiering van de universiteit.
Formeel: De menigte was erg rumoerig tijdens het protest tegen de bezuinigingen op de financiering van de universiteit.
Informeel: Docenten rekenen er nog steeds op dat studenten correcte grammatica en interpunctie gebruiken in essays.
Formeel: Docenten verwachten dat studenten correcte grammatica en interpunctie gebruiken in essays.
Informeel: Het regende pijpenstelen.
Formeel: Het regende heel hard.
Eerste persoon voornaamwoorden
Informeel: Voor het onderzoek heb ik verschillende onderzoeksmethoden overwogen.
Formeel: Voor het onderzoek zijn verschillende onderzoeksmethoden overwogen.
Informeel: Wij zijn van mening dat de praktijk onhoudbaar is.
Formeel: Men is van mening dat de praktijk onhoudbaar is.
Formeel: Tijdens het interview werd de studenten gevraagd naar hun ervaringen.
Acroniemen
TAFE Technical and Further Education
ANZAC Australian and New Zealand Army Corps
QANTAS Queensland and Northern Territory Aerial Services
Initialismen
UTS University of Technology Sydney
ISO International Standards Organisation
OECD Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling
De eerste keer dat een acroniem of initialisme in een essay wordt gebruikt, is het aanvaardbaar de naam voluit te schrijven met het acroniem of initialisme tussen haakjes erna. Elke volgende keer dat het acroniem of initialisme wordt gebruikt, kan het op zichzelf worden gebruikt. Algemeen bekende acroniemen zoals ANZAC en QANTAS hoeven niet voluit te worden geschreven. Als van een acroniem of initialisme een meervoud moet worden gemaakt, voeg er dan een kleine ‘s’ zonder apostrof aan toe.
Gebruik de acroniemen ‘ATSI’ of ‘TSI’ niet om te verwijzen naar Aboriginal en Torres Strait Islander people. Dit moet voluit worden geschreven. Gebruik het woord ‘Indigenous’ altijd met een hoofdletter wanneer je verwijst naar de inheemse bevolking van Australië.
Andere academische stijlbronnen
- UTS Publications Style Guide is beschikbaar op Staff Connect (UTS-medewerkers login vereist).
- RMIT’s Academic style
- UOW’s Academic writing