Hoe wordt kanker gediagnosticeerd
Imagingtests
Imagingtests maken foto’s van gebieden in uw lichaam die de arts helpen te zien of er een tumor aanwezig is. Deze foto’s kunnen op verschillende manieren worden gemaakt:
CT-scan
Een CT-scan maakt gebruik van een röntgenapparaat dat is verbonden met een computer om een reeks foto’s van uw organen vanuit verschillende hoeken te maken. Deze foto’s worden gebruikt om gedetailleerde 3D-beelden van de binnenkant van uw lichaam te maken.
Soms krijgt u een kleurstof of ander contrastmiddel toegediend voordat u de scan ondergaat. U kunt de kleurstof inslikken of het kan via een naald in een ader worden toegediend. Contrastvloeistof helpt de foto’s leesbaarder te maken door bepaalde delen van het lichaam te accentueren.
Tijdens de CT-scan ligt u stil op een tafel die in een donutvormige scanner schuift. Het CT-apparaat beweegt om u heen en maakt foto’s. Meer informatie over CT-scans en hoe ze worden gebruikt om kanker te diagnosticeren.
MRI
Een MRI maakt gebruik van een krachtige magneet en radiogolven om foto’s van uw lichaam te maken in plakjes. Deze plakjes worden gebruikt om gedetailleerde beelden te maken van de binnenkant van uw lichaam, die het verschil kunnen laten zien tussen gezond en ongezond weefsel.
Wanneer u een MRI-onderzoek ondergaat, ligt u stil op een tafel die in een lange, ronde kamer wordt geschoven. Het MRI-apparaat maakt harde dreungeluiden en ritmische slagen.
Soms wordt er voor of tijdens uw MRI-onderzoek een speciale kleurstof in uw ader geïnjecteerd. Deze kleurstof, contrastmiddel genoemd, kan ervoor zorgen dat tumoren duidelijker op de foto’s te zien zijn.
Nucleaire scan
Een nucleaire scan maakt gebruik van radioactief materiaal om foto’s van de binnenkant van het lichaam te maken. Dit type scan wordt ook wel radionuclidescan genoemd.
Voor deze scan krijgt u een injectie met een kleine hoeveelheid radioactief materiaal, dat ook wel een tracer wordt genoemd. Deze stof stroomt door uw bloedbaan en verzamelt zich in bepaalde botten of organen.
Tijdens de scan ligt u stil op een tafel, terwijl een apparaat, een scanner genaamd, de radioactiviteit in uw lichaam detecteert en meet, en foto’s van botten of organen maakt op een computerscherm of op film.
Na de scan zal het radioactieve materiaal in uw lichaam na verloop van tijd zijn radioactiviteit verliezen. Het kan ook via de urine of de ontlasting uw lichaam verlaten.
Botscan
Botscans zijn een soort nucleaire scans die controleren op abnormale gebieden of schade in de botten. Ze kunnen worden gebruikt om botkanker of kanker die is uitgezaaid naar de botten (ook wel uitgezaaide bottumoren genoemd) te diagnosticeren.
oor dit onderzoek wordt een zeer kleine hoeveelheid radioactief materiaal in uw ader geïnjecteerd. Tijdens zijn weg door het bloed verzamelt het materiaal zich op abnormale plaatsen in het bot. Gebieden waar het materiaal zich verzamelt, zijn zichtbaar op foto’s die door een speciale scanner worden gemaakt. Deze gebieden worden “hot spots” genoemd.
PET-scan
Een PET-scan is een soort nucleaire scan die gedetailleerde 3D-foto’s maakt van gebieden in uw lichaam waar glucose wordt opgenomen. Omdat kankercellen vaak meer glucose opnemen dan gezonde cellen, kunnen de foto’s worden gebruikt om kanker in het lichaam op te sporen.
Voor de scan krijgt u een injectie met een verklikstof die radioactieve glucose wordt genoemd. Tijdens de scan ligt u stil op een tafel die heen en weer beweegt door een scanner.
Echografie
Echografie maakt gebruik van hoogenergetische geluidsgolven die mensen niet kunnen horen. De geluidsgolven weerkaatsen tegen weefsels in uw lichaam. Een computer gebruikt deze echo’s om foto’s te maken van gebieden in uw lichaam. Dit beeld wordt een sonogram genoemd.
Tijdens een echo-onderzoek ligt u op een tafel terwijl een technicus een apparaat, een transducer, langzaam over de huid beweegt over het lichaamsdeel dat wordt onderzocht. De transducer is bedekt met een warme gel die het gemakkelijker maakt om over de huid te glijden.
Röntgen
Röntgenstralen gebruiken lage doses straling om foto’s in uw lichaam te maken. Een röntgentechnicus brengt u in de juiste positie en richt de röntgenstraal op het juiste deel van uw lichaam. Terwijl de foto’s worden gemaakt, moet u heel stil blijven liggen en misschien een seconde of twee uw adem inhouden.