Immanuel Kant
Wie was Immanuel Kant?
Tijdens zijn studie publiceerde Immanuel Kant wetenschappelijke artikelen, waaronder “Algemene Natuurlijke Historie en Theorie van de Hemelen” in 1755. Hij bracht de volgende 15 jaar door als docent metafysica. In 1781 publiceerde hij het eerste deel van de Kritiek van de zuivere rede. Hij publiceerde nog meer kritieken in de jaren voor zijn dood op 12 februari 1804, in zijn geboortestad.
Vroeger leven
Kant was het vierde van negen kinderen, geboren uit Johann Georg Cant, een tuigmaker, en Anna Regina Cant. Later in zijn leven veranderde Immanuel de spelling van zijn naam in Kantto om zich aan te passen aan de Duitse spelling. Beide ouders waren devote aanhangers van het Piëtisme, een 18de-eeuwse tak van de Lutherse Kerk. Een plaatselijke pastoor zag het potentieel van de jongeman en regelde een opleiding voor de jonge Kant. Terwijl hij op school zat, kreeg Kant een grote waardering voor de Latijnse klassieken.
In 1740 schreef Kant zich in aan de Universiteit van Konigsberg als student theologie, maar al snel voelde hij zich aangetrokken tot wiskunde en natuurkunde. In 1746 overleed zijn vader en was hij gedwongen de universiteit te verlaten om zijn familie te helpen. Een decennium lang werkte hij als privé-leraar voor de rijken. In die tijd publiceerde hij verschillende artikelen over wetenschappelijke vraagstukken, waarin hij het midden zocht tussen rationalisme en empirisme.
Volwassen geleerde en filosoof
In 1755 keerde Immanuel Kant terug naar de Universiteit van Konigsberg om zijn opleiding voort te zetten. Datzelfde jaar promoveerde hij tot doctor in de filosofie. Gedurende de volgende 15 jaar werkte hij als docent en tutor en schreef hij belangrijke werken over filosofie. In 1770 werd hij hoogleraar aan de Universiteit van Konigsberg, waar hij metafysica en logica doceerde.
In 1781 publiceerde Immanuel Kant de Kritiek van de zuivere rede, een enorm werk en een van de belangrijkste werken over het westerse denken. Hij trachtte uit te leggen hoe rede en ervaringen in wisselwerking staan met denken en begrijpen. Dit revolutionaire voorstel legde uit hoe de geest van een individu ervaringen ordent tot begrip van de manier waarop de wereld in elkaar steekt.
Kant concentreerde zich op de ethiek, de filosofische studie van morele handelingen. Hij stelde een morele wet voor die hij de “categorische imperatief” noemde, waarin hij stelde dat moraliteit is afgeleid van rationaliteit en dat alle morele oordelen rationeel onderbouwd zijn. Wat goed is, is goed en wat fout is, is fout; er is geen grijs gebied. De mens is verplicht deze imperatief onvoorwaardelijk te volgen als hij wil beweren moreel te zijn.
Later jaren en dood
Hoewel de Kritiek van de zuivere rede in die tijd weinig aandacht kreeg, bleef Kant zijn theorieën verfijnen in een serie essays die de Kritiek van de praktische rede en de Kritiek van het oordeelsvermogen vormden. Kant bleef schrijven over filosofie tot kort voor zijn dood. In zijn laatste jaren raakte hij verbitterd door zijn geheugenverlies. Hij stierf in 1804 op 80-jarige leeftijd.