Leven op het land mogelijk gemaakt door ozonlaag
De productie van zuurstof (O2) op aarde begon meer dan twee miljard jaar geleden door de splitsing van watermoleculen door de zon en, wat belangrijker is, door de fotosynthese van blauwgroene algen in de oceanen. In de loop van miljoenen jaren begon O2 zich op te hopen in de atmosfeer van de aarde. Ozon begon zich ook te vormen door fotochemische dissociatie waarbij O2-moleculen UV-straling absorberen, waardoor ze splitsen in twee afzonderlijke zuurstofmoleculen (O). De afzonderlijke zuurstof- en O2-moleculen kunnen dan met elkaar reageren om ozon (O3) te vormen. Ongeveer 600 miljoen jaar geleden vormde zich een dunne ozonlaag die het leven kon beschermen tegen schadelijke golflengtes van UV-straling (golflengtes tussen 200-300 nm).
Vóór de vorming van de ozonlaag bestond er alleen leven in de oceanen, waar het water diep genoeg was om organismen tegen UV-straling te beschermen, maar ondiep genoeg om fotosynthese te laten plaatsvinden. Toen de ozonlaag dik genoeg werd om organismen af te schermen van het schadelijke spectrum van UV-straling (ongeveer 600 miljoen jaar geleden), vond er een massale diversificatie van het leven plaats. Deze diversificatie stond bekend als de Cambrische explosie. Tijdens de Cambrische explosie ontwikkelden zich in de oceanen vele complexe meercellige organismen, waaronder alle bekende dierlijke fyla. Zeeorganismen werden mobiel en konden in ondiepere delen van de oceaan leven, waar ze meer zonlicht kregen. In het Siluur, zo’n 420 miljoen jaar geleden, was het ozonniveau hoog genoeg om organismen in staat te stellen op het land te overleven, zonder enige afscherming door water.
De eerste organismen die enige tijd op het land doorbrachten, waren waarschijnlijk algen en schimmels die leefden in intergetijdengebieden waar het waterpeil schommelde met het stijgen en dalen van de getijden. Deze organismen behoren tot de oudst bekende fossielen van het land en leefden naar schatting 480-460 miljoen jaar geleden. Uiteindelijk ontwikkelden zich primitieve planten als de eerste volledig op het land levende organismen. Op dat ogenblik was de ozonlaag nog betrekkelijk dun en men denkt dat planten UV-afschermende verbindingen zoals scytonemin hebben ontwikkeld om hen extra UV-bescherming te bieden. De eerste dieren die rond 450 miljoen jaar geleden het land koloniseerden waren geleedpotigen zoals myriapoden (miljoenpoten en duizendpoten), spinachtigen en voorouders van de moderne insecten.