Quartering Act
De Kwartierenwet verplichtte de Amerikaanse koloniën voedsel, drank, onderdak, brandstof en vervoer te verschaffen aan Britse troepen die in hun steden of dorpen waren gelegerd. Het Britse parlement nam deze wet aan in 1765, kort na de uitvaardiging van de Stamp Act. De Quartering Act wijzigde een onderdeel van de Muiterijwet, die jaarlijks werd verlengd. Dat artikel stond de huisvesting van militaire troepen in de kolonies toe. In feite legde de Quartering Act de kolonisten extra financiële verantwoordelijkheid op voor de verzorging van de troepen.
Kort voordat de Quartering Act werd aangenomen, had Engeland de Franse en Indiaanse oorlog in Amerika gewonnen. Als gevolg daarvan had Engeland meer land verworven. Het land omvatte delen van Oost-Canada, het land tussen de Appalachen en de Mississippi, en Florida. De oorlog was echter duur geweest. Het terugbrengen van de Britse soldaten naar Engeland zou nog meer kosten hebben veroorzaakt. Daarom besloot het Parlement de troepen in Amerika te houden, waar zij toezicht konden houden op het nieuwe land en de kolonisten konden beschermen. Om de kosten van de troepen te dekken, liet de Quartering Act de kolonisten de kosten voor kost en inwoning van de soldaten betalen.
De Quartering Act werd ook een manier voor de Britten om hun gezag over de koloniën te laten gelden. De kolonisten waren tegen een staand leger in vredestijd, en ze wilden er al helemaal niet voor betalen. Ze waren ertegen om belasting te moeten betalen terwijl ze niet vertegenwoordigd waren in het parlement. In feite waren er al verschillende kleine opstanden uitgebroken over belastingkwesties. Van de soldaten werd dan ook verwacht dat zij de belastingen zouden innen en eventuele opstanden zouden voorkomen. Onder deze omstandigheden bleven de spanningen tussen Engeland en de kolonisten toenemen.
De kolonisten in New York namen de inkwartieringwet bijzonder kwalijk. In New York werd het grootste aantal Britse reservisten ingekwartierd. De wetgevende macht van de kolonie trotseerde de inkwartieringswet. Als reactie daarop vaardigde het parlement de Suspending Act uit, als onderdeel van de Townshend Acts van 1767. De Suspending Act verhinderde de New Yorkse wetgevende macht bijeen te komen tot zij ermee instemde de wet na te leven. New York stemde er vervolgens mee in om een deel van de kosten van de troepen te betalen, maar niet alle kosten.
De Quartering Act veroorzaakte veel opschudding voordat het parlement hem in 1770 liet verlopen. Vervolgens werd hij in 1774 opnieuw ingevoerd als onderdeel van de Intolerable Acts. De koloniale autoriteiten namen de kwestie op in het Derde Amendement van de Amerikaanse Grondwet. Daarin staat dat soldaten in vredestijd niet zonder toestemming van de eigenaar op particulier terrein mogen worden ondergebracht.